Wie wil er nu geen vaginale eigenwaarde?

Als kleuter vond ik het fantastisch hoe mijn benen, als ik op de wc-bril ging zitten, twee keer zo breed werden. Met duim en wijsvinger mat ik ze: ja hoor, twee keer zo breed. En als ik ze plat drukte, zelfs drie keer. Wonderlijk! Die verwondering duurde een paar zalige jaren, tot ik doorkreeg dat vrouwenbenen helemaal niet breed hoorden te zijn. Ik was een jaar of tien toen het moment aanbrak dat ik me in de eenzaamheid van het kleine kamertje zat te schamen voor mijn brede benen, zozeer dat ik soms al plassend mijn spieren aanspande om mijn slanke benen ook zittend te behouden.

‘Er is een miljardenbusiness gebouwd op de onzekerheid van jonge meisjes’, zei Bieke Purnelle van Rosa, het kenniscentrum voor gender en feminisme, gisteren in deze krant (DS 5 juni). Ze reageerde op het bericht dat in 2016 de helft meer ‘schaamlipcorrecties’ werden uitgevoerd dan in het jaar daarvoor (DS 4 juni). Haar duiding is een belangrijke aanvulling op de verklaring die de onderzoekers meestuurden voor de explosieve toename van zulke operaties: de pornoficatie van de samenleving.

De ‘pornoficatie van de samenleving’ is een fijne schuldige om aan te wijzen, want zo heeft niemand het gedaan. Het is een beproefd recept: roepen dat alleen de allerbruinsten écht discrimineren, dat #MeToo slechts bedoeld is voor ‘echte’ verkrachters en dat seksisme hooguit een probleem is van de mensen die de samenleving tot een pornografisch paradijs willen maken. Terwijl dit soort kwesties doorgaans zo structureel is dat we allemáál onderdeel van het probleem zijn.

Neem de pornoficatie-uitleg. Die suggereert dat vrouwen die aankloppen voor een verkleining van hun schaamlippen, last hebben van de algehele seksualisering van de maatschappij. Terwijl de schaamte van veel vrouwen voor ongeveer alles dat los- en vastzit aan hun lijf bezit van ze neemt, ver voordat ze hun eerste commercieel geëxploiteerde kutje zien. Mijn eerste oogpotlood kocht ik op de lagere school, evenals mijn eerste scheermesjes, en ik wenste contactlenzen op een leeftijd dat ik nog het risico liep ze in de zandbak kwijt te raken. In mijn badpak mocht geen zweem van een spleetje zichtbaar zijn, en als dat wel zo was, zat ik constant aan mijn kruis te trekken. Ik was het perfecte slachtoffer van het idee dat een vrouwenlichaam voortdurend bijstelling vereist.

Het is al langer bekend dat diversiteit pas een rechtmatige plaats in de maatschappij krijgt als ze iets opbrengt. Zo waren grote bedrijven early adopters toen ze zwarte vrouwen in reclames castten, omdat ze plotseling beseften dat zwarte vrouwen ook geld hadden. Dat lijkt heel emancipatoir, maar daar staat tegenover dat diezelfde bedrijven net zo goed de duivelse ge­nieën waren die verzonnen dat er blauwe producten voor mannen moesten komen en roze voor vrouwen. Want als je van elke driewieler er twee kunt verkopen, omdat een jongetje toch godbetert niet op het roze fietsje van zijn oudere zusje kan rijden, dan is dat pure winst. Tot zover het emancipatoire motief van grootverdieners.

We willen hyperdiversiteit pas omarmen als er iets te halen valt. Zo ontving de man die deze maand een bungelende Parijse peuter van een wisse dood redde een verblijfsvergunning, terwijl mensen die dat niet hadden gedaan, maar verder in dezelfde omstandigheden verkeren, er geen kregen. Of denk aan dikke mensen, dialectsprekers of mensen met een beperking, die pas op tv mogen als ze bewezen publiekstrekkers zijn, terwijl dunne mensen, zonder beperking, die AN spreken, daar niet aan hoeven te voldoen. Diversiteit is van geen belang, tot men denkt er voordeel bij te hebben.

Aan vrouwen die hun lijf prima vinden, valt weinig te verdienen, dus hebben neringdoenden er belang bij ze ervan te overtuigen dat hun lichaam niet deugt. Vrouwen die zich goed in hun vel voelen, kopen namelijk geen wimperserum, antirimpelcrème of zonnebankabonnement, die kopen geen vrouwenbladen die make-overs promoten of tips geven over hoe je je vagina ‘zomerklaar’ kunt maken, zoals de Amerikaanse Teen Vogue de afgelopen week deed.

Op een website die vaginacorrecties aanprees, vond ik de volgende zin: ‘Hoewel de procedure meestal esthetisch is, om de vaginale eigenwaarde te verbeteren, kan de ingreep ook aangewezen zijn bij pijn tijdens geslachtsgemeenschap, fietsen of sport.’ Vaginale eigenwaarde! Wie wil dat nu niet? Maar uiteindelijk is ook dat woord slechts bedoeld om ons minstens duizend euro te laten betalen om doodnormale lichamelijke kenmerken te problematiseren. Want vrouwen die begrijpen dat het superbeperkte schoonheidsideaal ons een rad voor ogen draait, zijn de nachtmerrie van elke marketeer.

Deze column verscheen op woensdag 6 juni in De Standaard.

13 juni 2018 | 1 reactie

«

»

Geef een antwoord

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

1 Reactie
  1. Rob Alberts 3 oktober 2018

    Het meeste geniet ik van vrouwen die trots rondlopen.

    Vrolijke groet,

© 2020 Maartje Luif & KLEO, met dank aan Wannes Daemen • Leveringsvoorwaarden

Stuur een mailtje

Wil je meer informatie of heb je vragen? Mail mij!

Wordt verstuurd

Login met je gegevens

Je gegevens vergeten?