Donor in het diepst van mijn gedachten

Foto: 1990

Was ik veertien? Zestien? Achttien? Ik weet het niet meer, maar ik weet nog wel dat ik een raar gevoel in mijn buik kreeg toen ik mijn donorcodocil met de post ontving. Voor het eerst stond het zwart op wit: ik ging dood.
Ik wist wel dat ik doodging, ik was namelijk al duizend keer doodgegaan. Dat is wat hypochonders doen: doodgaan, oefenen voor het fatale moment. Maar door dat berichtje van de overheid met afspraken voor de dag die me de das om zou doen, haperde mijn tienerhart toch een ogenblik.
Ik had het codicil zelf aangevraagd, want ik was een donor in het diepst van mijn gedachten. Ik moest zelfs wachten voor ik officieel geregistreerd mocht worden en naar mijn oordeel was het meer dan eens kantje boord. De dag dat de envelop binnenkwam, was ik daarom ondanks het rare gevoel in mijn buik ook opgelucht: nu zou dat gesterf van mij tenminste nog ergens toe dienen.
In het begin vond ik het raar om het contract over mijn overlijden altijd bij me te hebben, maar algauw zat het me als gegoten en na verloop van tijd begon ik zelfs een zekere verantwoordelijkheid te voelen naar de volgende eigenaar van mijn binnenkant. Aan mezelf als ontvanger van andermans organen dacht ik eigenlijk nooit. Organen ontvangen leek me voorbehouden aan mensen die niet steeds stierven.
Hoewel ik mijn tas en portemonnee zo nu en dan verloor door criminaliteit en slordigheid, ontsprong het donorcodicil altijd de dans. Het geplastificeerde kaartje in paars en geel begon om te krullen, raakte zijn glans kwijt, en in de digitale wereld ook zijn betekenis, maar ik bleef het al die jaren bij me dragen. Als een herinnering aan een oude vriend, iemand met wie ik zoiets intiems als de dood had gedeeld. Twee jaar geleden, bij de vakantieberoving, raakte ik het pasje definitief kwijt. Het had een kwarteeuw bevestigd wat ik altijd al dacht, namelijk dat ik dood zou gaan. En het had me de talloze keren dat ik het hoekje omging het gevoel gegeven dat het allemaal niet voor niks was. Nu stond ik er weer voorgoed alleen voor.

Lilith gaat 40 dagen bloggen en for old times sake besloot ik nog eens op de golf mee te varen. Veertig dagen stukjes in het wild, dit is dag 1.
• De aanleiding voor dit stukje. Eerste Kamer stemt in met donorwet: in 2020 is elke Nederlander orgaandonor, tenzij bezwaar wordt aangetekend
• De directe aanleiding kwam van Esther.

15 februari 2018 | Geen reacties

«

»

Geef een antwoord

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

0 Reacties

© 2020 Maartje Luif & KLEO, met dank aan Wannes Daemen • Leveringsvoorwaarden

Stuur een mailtje

Wil je meer informatie of heb je vragen? Mail mij!

Wordt verstuurd

Login met je gegevens

Je gegevens vergeten?