Een niet-brutale verkrachting?
Illustratie © Johan Kleinjan
Normaal gesproken plaats ik mijn stukjes pas op mijn site als het ‘oud nieuws’ is, om op die manier mijn opdrachtgevers zo min mogelijk in de wielen te rijden. Maar soms zijn er redenen om met dat principe de vloer aan te vegen. Gisteren verscheen mijn opiniestuk De niet-brutale verkrachting? in De Standaard.
Vandaag schrijft Joris Van Cauter (ook in De Standaard): ‘Blijkbaar hebben we een verpersoonlijkte vijand nodig, een kop van Jut, een zondebok. De nationale vrouwenraad, schrijfster Maartje Luif, specialiste seksueel strafrecht Liesbet Stevens, staatssecretaris Elke Sleurs: allemaal waren ze geschokt en verontwaardigd over de uitspraak. Ze vonden dat de rechter in kwestie een algemene mentaliteit van vrouwonvriendelijkheid bevestigt. Dat hij meegaat in een redenering dat de vrouw het zelf wel zal uitgelokt hebben. Dat de rechter of het systeem of justitie verkrachtingen niet au sérieux nemen.’
Omdat ik dat allemaal niet heb beweerd – verre van zelfs – voel ik me genoodzaakt u gratis en voor niets te vertellen wat ik dan wel beweerd heb. Zijn stukje is immers ook gratis beschikbaar.
Het is voor mij belangrijk dat jullie allemaal kunnen zien dat Joris van Cauter niet kan lezen. En dat hij zijn artikel daarmee zo diskwalificeert, dat ik niet eens de behoefte voel om aan te stippen wat ik allemaal precies niet gezegd heb.
Een niet-brutale verkrachting?
Een rechter die ‘nee, toch maar niet’ ongeldig verklaart en een man toestaat zich straffeloos te verliezen in geilheid, vergeet dat het ontzettend smerig, vernederend, pijnlijk en beangstigend is als je door al je nee’s heen toch een piemel in je voelt, schrijft MAARTJE LUIF.
Een Gentse presentator van een lokaal radiostation krijgt opschorting van zijn straf en ontloopt een strafblad voor een bewezen verkrachting uit 2014 omdat ‘zijn zaak past in een specifieke context’. Volgens de rechtbank gaat het om ‘een vriendschapsrelatie waar twee personen een verschillend beeld van hadden’ en een situatie waarin de man ‘dermate opgewonden’ raakte dat hij het slachtoffer zonder toestemming penetreerde. De rechtbank oordeelde dat het ‘niet om een brutale verkrachting’ ging.
Een bewezen niet-brutale verkrachting lijkt me een denkfout. Alsof je met alle égards verkracht kunt worden. Mijn vakantievriendje vroeg na een verkrachting waarbij hij de deur op slot had gedaan of hij me niet even naar huis moest brengen. Dat benam mij de adem. Is dat wat een rechter zich voorstelt bij een niet-brutale verkrachting? Een bolhoed die even van het hoofd gelicht wordt? Lieve woorden? Gevolgd door een smiley met ogen als hartjes? Zet de geluidsband met het griezelige muziekje maar vast aan.
De statistieken over seksueel geweld en seksuele intimidatie zijn duizelingwekkend en mijn eigen statistieken op dat gebied zijn navenant. In veel gevallen van seksueel geweld is de dader een bekende van het slachtoffer. Het is je echtgenoot, je vriend, je date, je schoonboer, je oom, je leraar, je collega, iemand met wie je al een ander soort relatie had, iemand die misschien ooit hoffelijk deed, maar die je toch blijkt te kunnen verkrachten. Mensen die je kunnen intimideren juist doordat jullie al een band hadden, die machtsmisbruik uitoefenen of die met behulp van drugs en de armen van Morpheus toeslaan. Mensen die je ontmoet in situaties waarin seksueel geweld niet gepaard gaat met van je fiets gesleurd worden, scheurend textiel en een wurggreep, maar met vriendschappelijke gesprekken, huiselijkheid en alledaagsheid. Toegegeven, de vieze man in de bosjes is ouderwets brutaal, maar de vieze date komt minstens zo vaak voor, is net zo bedreigend en misschien wel dubbel zo brutaal.
Als een bekende je tegen je zin penetreert, dan verschilt jullie perceptie van de vriendschap, me dunkt. Gelukkig is daar iets eenvoudigs voor bedacht: je zegt ‘nee’ of ‘nee, toch maar niet’ en dan weet de potentiële penetreerder dat hij zijn boeltje bij zich moet houden en dat jullie kennelijk een andere perceptie van de vriendschap hebben. Vervolgens kunnen de betrokkenen iets doen waar beide partijen wel mee instemmen. Zo moeilijk is het niet.
Een rechter die ‘nee, toch maar niet’ ongeldig verklaart en een man toestaat zich straffeloos te verliezen in geilheid, vergeet dat het ontzettend smerig, vernederend, pijnlijk en beangstigend is als je door al je nee’s heen toch een piemel in je voelt. Ook als dat je zelfgekozen date is, en ook als die het allemaal goed bedoelt. Maar het wordt nog griezeliger als je je bij de aangifte afvraagt voor wie je banger bent: een man die na vier keer nee niet stopt of een rechter die denkt dat er niet-brutale verkrachtingen bestaan.
Vilein stuk van die Van Cauter, het hangt van drogredenen aan elkaar. De vrouw als zedenslachtoffer, het blijft blijkbaar moeilijk beoordelen. Blij met jouw stem in dit opiniestuk!
Dank je wel, fijn!