Spitsroeden lopen

Gisteren huilde ik om de uitslag van een poll van Studio Brussel. Eerst kon ik het zelf niet geloven, zo kleinzerig als ik mijn tranen liet lopen, vervolgens vroeg ik me af sinds wanneer ik een kniesoor was, en ten slotte kneep ik vakkundig mijn traanbuis dicht, want ik was toch zeker geen watje?
In de poll konden de Stubru-luisteraars aanklikken wat ze naast de selfiestick nog meer zouden willen verbannen van festivalterreinen. Op de eerste plaats eindigden de Nederlanders. Kennelijk wekken die meer ergernis dan smerige wc’s en regen.
Ik beweer graag dat ik geen kniesoor ben, maar na tien jaar leven als ras-Amsterdammer in Vlaanderen, met derhalve een dikke huid op het vlak van Hollander-bashing in zowel grappen als serieuze settings, ben ik toch altijd even uit het veld geslagen als Nederlanders in de hoek gezet worden. Het is vergelijkbaar met dat vage gevoel dat je krijgt als er op tv een deurbel gaat, die op de jouwe lijkt: hee, de bel! Was dat hier? Hee, er worden Nederlanders geschoffeerd. Gaat dat over mij?
Vaak kan ik het relativeren: welnee, Maartje, niemand vindt jou vervelend, arrogant, betweterig en luidruchtig, je moet het niet zo persoonlijk nemen, ze bedoelen het niet kwaad, je bent hier meer dan welkom. Gelukkig doen mijn Vlaamse vrienden en kennisssen er alles aan om dat te bevestigen: er liggen al drie uitnodigingen voor festivals.
Maar steeds opnieuw moeten relativeren wat anderen over je zeggen, is een vermoeiende grondhouding. Zoals het ook dodelijk vermoeiend zou zijn als er voortdurend fantoombellen door het huis zouden schallen. Als je maar vaak genoeg denkt dat de bel gaat, zit je op den duur niet lekker meer in de zetel. Met die voortdurende alertheid ben ik mezelf en anderen er al tien jaar van aan het overtuigen dat ik wél een leuke Nederlander ben, en dat ik echt niet overheersend, opdringerig, slecht gekleed en vervelend ben. Echt niet!
‘Het is niet omdat ik de Berbers als groep vermeld dat ik elke individuele Berber stigmatiseer’, zei N-VA-voorzitter en Antwerps burgemeester Bart De Wever in een reactie op de klacht die tegen hem wordt ingediend wegens racisme. Maar ik weet dat eindeloos commentaar dodelijk vermoeiend is, dat spitsroeden lopen je voetstap wezenlijk verandert en dat het gevoel altijd maar weer te moeten bewijzen dat je een neutralere houding waard bent, kan leiden tot momenten dat je even niet meer kunt relativeren. Sommigen dienen dan een klacht in en ik ga een potje zitten janken bij een stupide poll van Studio Brussel.
Vorige week schreef ik een week lang De Mening voor dS Avond, de avondeditie van De Standaard. Deze column verscheen op woensdag 1 april 2015.
Mooi geschreven. Doet nadenken.