Column voor APPeL

Een ode aan de verstrooide professor
(en niet aan zijn vrouw)

door Maartje Luif

U kent hem wel: de verstrooide professor. Erudiet, eloquent en gevierd, maar ook ietwat morsig, een beetje wereldvreemd en onhandig. Soms wekt hij de schijn van zelfverwaarlozing en vertoont hij minachting voor aardse zaken, maar iedereen vindt hem vriendelijk, de verstrooide professor. De stad Leuven is zo’n professor. Alles in Leuven ademt belezenheid en welbespraaktheid. De gevels, de straten, de kasseien: een boekenkast vol geschiedenis en ideeën. Maar hela! Zit daar niet een vlek op zijn mouw? En poetst hij zijn tanden wel?

Leuven is zo’n professor van wie men zich afvraagt of hij getrouwd is. Is er iemand die met een liefdevolle aai ‘s ochtends zijn revers afklopt en misprijzend de combinatie groene broek en rood overhemd aanschouwt? Is er iemand die hem behoedt voor overmatige drankconsumptie? Of iemand die de poetsvrouw opdracht geeft zijn talloze boekenkasten af te stoffen? Ja, dus. In Leuven is het Louis Tobback die de jarenlange bestiering van de echtelijke sponde bekroond zag met een koperen bruiloftsfeest. Uit de riolen van Leuven komt de minachting voor aardse zaken omhoog, bovengronds probeert Tobback te verhinderen dat iemand dat doorheeft.

Maar net als bij de verstrooide professor voel je dat het de hand van een ander is die de stad toonbaar maakt. Dat het een ander is die de stofjes van zijn mouw klopt. Leuven zou zijn stropdas vermoedelijk vergeten. Leuven is de stad bij wie de slip van zijn gestreken overhemd uit zijn broek hangt. Zijn vrouw had het zo goed bedoeld toen ze het streek, maar zelf heeft hij er geen oog voor.

En zo moet het ook zijn. Mevrouw de professor mag hem uiteraard behoeden voor al te grote uitglijders op het gebied van aardse zaken als uiterlijk voorkomen en lichaamsgeur, maar u moet er toch niet aan denken dat onze verstrooide professor ineens met een Porsche de campus op komt rijden. Nee, de verstrooide professor hoort op de fiets te komen, met een slingerend spatbord nog wel. Liefst door de regen. Met een walm van pijptabak om zich heen. En hij hoort een tic te hebben; een eigenaardige eigenschap die hij niet kan bedwingen. Het is immers een verstrooide professor.

Vrouwen die camera’s ophangen op alle pleinen van de stad om later met een ferme veeg dat ene stofje van zijn pak te kloppen, kunnen beter een CEO aan de haak slaan, of iemand uit de security. Van de verstrooide professor moeten ze afblijven, die doet het veel beter mét die vlek op zijn mouw.

Het Eiland Neus is op afroep beschikbaar voor een mooie column over een onderwerp naar keuze. Wij doen het graag en vlug, tegen elk aannemelijk bod. Voor meer informatie of een concreet verzoek kunt u terecht op onze te huur-pagina.

Wat? Een column voor APPeL, een tijdschrift voor alumni van de faculteit psychologie en pedagogie van de KU Leuven.
Wanneer? In november 2007.
Www? Jawel, hier is de column en hier zijn de andere artikelen die ik voor APPeL schreef.

27 april 2008 | Geen reacties

«

»

Geef een antwoord

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

0 Reacties

© 2020 Maartje Luif & KLEO, met dank aan Wannes Daemen • Leveringsvoorwaarden

Stuur een mailtje

Wil je meer informatie of heb je vragen? Mail mij!

Wordt verstuurd

Login met je gegevens

Je gegevens vergeten?