De Niet Lief Collectie: Niet Mike, niet Choco, maar Sjeik El Moko
Dit stukje verscheen op 6 oktober 2007 op nietlief.com. Kaat zwengelde het aan met de volgende inleiding:
“Alle zes hebben wij wat met dieren. Op onze persoonlijke logs spelen onze kippen, schapen, katten en honden zelfs regelmatig de hoofdrol in onze verhalen. Donderdag is het dierendag. Daarom een opdracht voor jullie lieve niet-liefjes die geheel in het teken van dieren staat, namelijk schrijf een ode aan je betreffende huidige huisdier(en) of een huisdier dat je ooit gehad hebt.”
Onderwerp: Ode aan je huisdier
Geschreven door: Zezunja
Eerst wilde ik een ode aan grijze cyperse poezen schrijven. Grijze poezen hebben een belangrijke stempel op mijn leven gedrukt. Edoch, de grijze poezen staan niet allemaal digitaal op mijn computer. Sluufje, mijn eerste hartspoes, die altijd mijn handen likte, staat alleen op rood geworden seventiesfoto’s met omgevouwen hoekjes. En Zoë, de poes die ik op mijn zestiende hield in een huis van zestien vierkante meter en die daarom eeuwig een kitten bleef, staat alleen op foto’s die diep in een doos op de rand van vergetelheid hangen. Slechts Mike en Sjeik komen in aanmerking, die heb ik digitaal binnen handbereik. En ja, dan wordt het toch Sjeik.
Want ik ben een liefhebber van aanhankelijke, liefst bijna slaafse huisdieren. Kom bij mij niet aan met ‘poezen zijn zo leuk, want ze gaan zo hun eigen gang’: die poezen komen er bij niet in. En als ze er al zijn, dan onder protest. Zie verder mijn band met Choco en mijn band ooit met Lulu, beide knettergek en nauwelijks aanhankelijk wegens jeugdtrauma’s. Natuurlijk verzorgde ik ze goed en mochten ze elke avond bij mij op therapeutisch halfuurtje komen, maar echt dikke mik werd het nooit.
Ik hou vooral van poezen die hinderlijk op je krant, je toetsenbord of je afstandsbediening komen zitten. Hoe meer aandacht ze nodig hebben hoe beter. Ter vergelijking: ik word ook altijd verliefd op kerels die verliefd op mij zijn, omdát ze verliefd op mij zijn. Doe alsof ik belangrijk ben en je hebt me in the pocket.
Welnu, Sjeik kan dat als de beste en ik vrees dat ik hem zo heb gemodelleerd. Sjeik bleek namelijk iets te jong bij zijn moeder weggehaald en ik heb dat uitgebuit. Omdat ik thuis werk, had ik de kans om 24 uur per dag poezewoezewoes en piezewiezewies tegen hem te zeggen. Ik leerde hem om míj te aaien, als hij geaaid wilde worden. Ik leerde hem om als een mens te zitten, zodat hij tussen mijn knieën en het tafelblad past als ik tik. Ik leerde hem op de wc op mijn schoot te liggen. Ik leerde hem om aan tafel te zitten, zonder mee te eten.
Dag in dag uit gaf ik hem het gevoel dat het hele leven om mij draaide en dat er echt niets anders in de wereld was dan die grote poes die juffrouw Mier nadoet en eten geeft. En dat heeft hij begrepen. Sjeik vindt mij te gek. En dus vind ik hém te gek, zo eenvoudig ben ik wel. En dus is Sjeik de liefste grijze poes die er is.
Sommige mensen vinden dat ik een hond moet nemen, omdat ik dan pas weet wat slaafs is. Maar een hond nemen, dat is net zoiets als zoeken naar foto’s van andere grijze poezen: daar ben ik veel te lui voor. Poezen zijn leuk omdat ze zo hun eigen gang gaan.