Waarom huizen kopen helemaal niet zo leuk is (1)
Okee, ik heb mijzelf verplicht tot het herbeleven van de hel van een paar dagen geleden, dus hier zit ik: kopje koffie, sigaretje, alle hersencellen waarop staat ‘verdrongen trauma’s’ in het gelid en mijn vingertoppen stilletjes rustend op het toetsenbord.
Zoals beloofd, volgt later een mash-up van Lola rennt en 24, maar eerst heeft u wat voorkennis nodig. En ik zal u even voorstellen aan de hoofdrolspelers.
Vereiste voorkennis
Ik woon in een veel te duur en veel te klein huisje in de Amsterdamse Pijp (ja, ik ben én young én urban én professional). Ruim een jaar geleden woonde ik tweehonderd meter verderop in dezelfde straat in een véél groter en nóg véél duurder appartement. Ik was toen net gescheiden en verkeerde in opperste woningnood.
Omdat ik maar weinig opties en geld had, besloot ik mij niet langer uit te laten buiten en een eigen appartement te kopen. Dat werd het huisje waar ik nu zit.
Mijn appartementje is onderdeel van een pand waarin negen woningen zijn gemaakt en daar zit die verdomde aap die uit die mouw komt: het huis was toen ik het koopcontract tekende nog niet gesplitst. Met andere woorden: het bestond nog slechts uit een appartement op de begane grond en een bovendeel waar alle andere appartementen onder vielen. Gevolg: ik had het huis wel gekocht, maar de verkoper kon niet leveren totdat de splitsing van het bovendeel een feit was.
Gelukkig viel daar een mouw aan te passen (zonder aap deze keer), want ik kon een tijdelijk wooncontractje tekenen en alvast verhuizen naar mijn nieuwe huis. De overdracht van het huis zou dan later plaatsvinden, als de splitsing eenmaal rond was. Kortom: tot zover niets aan de hand. Ik verhuisde op 1 november 2004 en wachtte rustig af wat komen ging.
De appartementen naast mij en boven mij moesten nog verbouwd worden voordat de splitsingsaanvraag de deur uitkon, dat wist ik. Het verontrustte mij dan ook, dat ik in het voorjaar van 2005 nog steeds níéts had gehoord. Ik verlangde hartgrondig naar werkmannen die mij uit mijn slaap zouden houden, maar het bleef langdurig stil.
Inmiddels was ik flink zenuwachtig, want hypotheekoffertes en taxaties en zulks hebben maar een beperkte houdbaarheid. En erger: hoewel de kans bijzonder klein was, kon het hele feest ook nog steeds afgeblazen worden. Die splitsingsvergunning was namelijk beloofd, maar niet nog binnen. En ik wist: gemeentes beloven wel vaker dingen. Echt rustig slapen deed ik dus niet.
Naarmate de seizoenen verstreken, begon mij te dagen dat als ik die verkoper niet een loop tegen het hoofd zou zetten, ik met Sint Juttemis nog steeds in een ’tijdelijke’ situatie zou verkeren. Met alle verlopen offertes en taxaties vandien.
Zo gezegd, zo gedaan. Ik bestookte zijn waarnemer met telefoontjes, zielige verhalen en keiharde deadlines. Ik schreef hem briefjes waarin ik hem vroeg beter te communiceren, confronteerde hem met beloftes en werd een nasty onderbuurvrouw.
Ik zal u de verdere details besparen, maar laten we het erop houden dat de verkoper en ik heel andere ideeën hebben over planning en organisatie en dat het wel héél duidelijk was dat niet zíjn hypotheekofferte op korte termijn zou verlopen. Hoe hard ik ook duwde en trok, de kar kwam nauwelijks in beweging.
Om een lang verhaal íéts minder lang te maken, jas ik de rest er in vogelvlucht doorheen. Op 30 november zou de hypotheekofferte verlopen. Als ik die niet zou accepteren zou me dat om allerlei redenen 17 duizend euro kosten, die ik er niet bij kon hypotheken. Met andere woorden: niet op tijd splitsen, betekende geen onderpand, betekende een nieuwe offerte, betekende met spoed ergens 17 duizend euro vandaan halen.
Op 29 november had de verkoper dan eindelijk alles geregeld. Dacht ik. Met andere woorden: 24 uur voor het verstrijken van de deadline kon er getekend worden. Dacht ik.
Tot zover de voorkennis. Wordt vervolgd.
Featuring
Me, myself and I – Hoewel ik mijn hand niet omdraai voor een aankoop van meer dan een ton, houd ik in het geheel niet van zakelijke beslommeringen, grote verantwoordelijkheden en niet te overziene cijferbergen. Om die reden was het masterplan om zelf alleen handtekeningen te zetten en het begrijpen van de hele kwestie aan ingehuurde anderen over te laten.
Verkoper – Een nimmer bereikbare en daardoor totaal gezichtsloze Zweed die in Londen woont en huisjes melkt in de Amsterdamse Pijp.
Waarnemer van de verkoper – Een nimmer bereikbare veertiger die op drie hoog in ons pand woont en niettemin nimmer bereikbaar is. Ontvangt veel duistere post voor zo mogelijk nog duisterder investeringsbedrijven. Houdt van werken tegen de deadline en is absoluut niet in staat diezelfde deadline op eigen kracht te halen. Moet alles doen en doet niks.
Onderburen – Vriendelijke arty farty yuppen van midden dertig met twee kindjes én een splitsingsvergunning van de begane grond (zij wél). Tot op het allerlaatste moment was niet duidelijk dat zij ook maar iets met de hele zaak te maken hadden.
Hypotheekadviseur – Een van de Martijns. Mijn cijfermatig brein. Degene die van zowel het gat in mijn hand, als mijn financiële desinteresse toch nog iets moois weet te maken. Degene die steeds opbelt om te zeggen dat het vijf voor twaalf is. Hij vertelde mij nog nooit zo’n dossier meegemaakt te hebben.
Notaris 1 – De notaris die mijn dossier voorbereidt, in de gaten houdt en grotendeels uitvoert. Een lieve doch strenge dame met wie ik de laatste maand intensiever contact onderhield dan met mijn moeder. Niet eerder heeft iemand zoveel tegen mij gezegd dat ik niet begreep. Ook zij vertelde mij nog nooit zo’n dossier meegemaakt te hebben.
Notaris 2 – De notaris van de verkoper met wie ik eigenlijk niets te maken hoor te hebben, maar die ik gewoon ben gaan bellen toen bleek dat de verkoper zijn zaakjes niet goed regelde. Deze meneer vertelde mij eveneens nog nooit zo’n dossier meegemaakt te hebben.
Ziezo, u bent geïntroduceerd. Het echte werk moet nog beginnen.
Lees hier hoe het verder gaat.
De oude reacties op dit stukje kun je hier lezen. Nieuwe reacties mag je gewoon hieronder plaatsen.